Wat vind ik gave boeken en om welke reden? Absolute must-haves Pol de muis is bang en dat is heel gewoon van Gode Liva Uleners. Dit vind ik een absolute must voor iedereen die met kinderen werkt omdat er op een steengoede manier aangegeven wordt hoe je adequaat om kunt gaan met emoties. Ook voor mensen die met volwassenen werken, is dit een interessant prentenboek. Op de tweede plaats komt Fijn Feestje. Een prentenboek van Erik van Os en Elle van Lieshout. Fijn Feestje geeft voor mij perfect de ideale attitude weer voor coachen (op basis van NLP/NLsPel/ Client-centered). Gave kinderboeken Wiplala van Annie M.G. Schmidt is mijn favoriete kinderboek. Nog steeds vind ik het leuk om te lezen. Wiplala Weer vond ik iets minder leuk, omdat de hoop dat ik ooit bezoek van Wiplala zou krijgen daardoor groter werd, terwijl Wiplala's komst uitbleef ;( Kweenie van Joke van Leeuwen (en al haar andere boeken) vind ik bijzonder de moeite waard vanwege de orginele manier waarop zij naar de wereld kijkt en hoe zij dat weergeeft. Humoristisch als je het mij vraagt. Marietje Appelgat en haar vieze vrienden van Lydia Rood. Echt subliem! Een citaatje om je een idee te geven: "Toen de kinderen van haar klas haar op zekere morgen bijzonder gepest hadden, kwam Marietje Appelgat de klas binnen en zei tegen de juf: "Ik kan er niet meer tegen!" Gewoontegetrouw wapperde ze met haar handen om haar hoofd en de juf, die een stapje achteruit deed vanwege de stank, dacht dat ze het over de vliegen had."Sla ze dan toch dood," zei de juf ongeduldig. Ze draaide zich gauw om. Juf zijn is een moeilijke baan, maar met Marietje Appelgat in de klas was het bijna onmogelijk." Hoe zou dit advies uitpakken? Het hele oeuvre van Tonke Dragt spreekt me aan. Jarenlang herinnerde m'n broers me daaraan op m'n verjaardag :) Ik werd door haar verhalen gegrepen toen meester Bennik in de vijfde klas van de lagere school Brief voor de koning voorlas. Héél spannend. De boekverfilming haalt het in de verste verte niet bij het boek! Boeken die mij inspireren: Korczak is mijn favoriete pedagoog. Zijn top vier is voor mij:
John Holt heeft twee toppers geschreven: How children learn en How children fail. How children learn spreekt mij het meeste aan omdat Holt hierin op een toegankelijke manier inzicht geeft in hoe kinderen leren. In 'Fail"staat Holt stil bij wat er bij leren ondermijnt. Holt heeft zelf zo'n 20 jaar na het publiceren van z'n eerste versie, kritisch gekeken naar z'n eigen schrijfsels en becommentariëert deze; erg leuk om te zien hoe hij op z'n eigen ideeën terug kijkt. Benjamin Zander laat in The Art of Possibility (Professional and Personal Life) op een mooie manier zien hoe in kunstonderwijs creativiteit wordt ondermijnd en hoe je daar -ook buiten het onderwijs- op in kunt spelen. En toen was ik een helicopter van Vivian Paley (meer hierover lees je hieronder bij 'boeken over spel'.) Semco-style van Ricardo Semler gaat, net als Een weekend van 7 dagen, over een bijzonder manier van managen. Geweldige prentenboeken zijn voor mij: (Naast de twee toppers die ik bovenaan al heb genoemd): De stip van Peter Reynolds. Iedereen die niet durft te tekenen knapt hier van op :) Wie is er hier het dapperst van Lorenz Pauli en Kathrin Schärer. Een waardevol boekje rond nee-zeggen met schitterende tekeningen. Het gaat ook -op een leuke manier- over verschillen tussen dieren. Hé, kleine mier van Philip en Hannah Hoose. Met behulp van dit verhaal kun je wisselen tussen waarnemingsposities gemakkelijk introduceren. De koning bakt een huis van Annemarie van Haeringen. Een eenvoudig boek waar iedereen een thema uit kan halen voor zichzelf. Serieuze kinderboeken Jan de Zanger heeft over onderwerpen als pesten en mishandeling mooi boeken geschreven die boeiend zijn om te lezen en ook aangrijpend. Bijvoorbeeld: Hadden we er maar niets van gezegd; Dit been is korter; Ben is dood; Voor een halve zak drop; Poepoe; Desnoods met geweld. Als je geluk hebt, vind je ze bij de Slegte. Boeken over spel Bij de Slegte liep ik ooit tegen een kleine pocket aan. Als ik toen geweten had hoe heerlijk en inspirerend het zou zijn om te lezen hoe Vivian Paley met verhalen werkte in haar kleuterschool, had ik alle boekjes opgekocht. Dit boekje (wat nog in hetwel Engels te krijgen is) heet: En toen was ik een helicopter. Het woord aan de verbeelding (spel en kunstzinnige middelen in het sociaal agogisch werk) van Jan van Rosmalen. Een mooi theoretisch boek. In Theater vanuit het niets van André Besseling vind je alles over de geschiedenis van improviseren; over theatersport en over andere vormen van impro. Er staan ook een stuk of 135 games in. Keith Johnstone is de grondlegger van theatersport. Impro for storytellers is nog interessanter dan Impro. |